VIJF VRAGEN AAN I In deze rubriek mag ik de nieuwsgierige interviewer in mezelf loslaten en vraag ik inspirerende dans- en onderwijscollega’s het spreekwoordelijke hemd van het lijf. Vandaag spreek ik met Claudia Verlind; danstherapeut, Rots en Water trainer en Taal- en Rekendans docent. In dit interview lees je hoe ze met haar goed gevulde koffer haar weg vond richting onderwijs en kinderopvang. Want niet alleen de kinderen leren iets van haar, de leerkrachten en pedagogisch medewerkers schrijven druk mee tijdens de lessen!
1 Wie ben jij in 5 woorden?
Creatief, passievol, toegewijd, speels en rebels. Ik doe het graag anders dan anders.
2 Je bent al heel lang bezig met dans, in verschillende hoedanigheden. Hoe is het bij jou begonnen?
In 2009 begon ik na mijn burn-out met de post HBO danstherapie. Op dat moment had ik een kantoorbaan en had zelf ervaren hoe dans echt een verschil kan maken in hoe je je voelt en daar wilde ik andere mensen mee helpen. Ik was geen therapeut of coach, maar had wel heel veel danservaring. Desondanks kreeg ik toch groen licht om aan de opleiding te beginnen om te zien of het iets zou worden. In mijn stages werkte ik met jonge kinderen waar ik dansend aan de slag ging met emoties. Dat werkte fantastisch! Ik voelde al wel aan dat dit heel goed werkte, ook met de woorden die kinderen dan aan hun emoties kunnen geven. Aan het eind van het eerste jaar deden we een solo om het jaar mee af te sluiten. Inmiddels was ik zwanger van mijn eerste dochter en op de datum van de voorstellingen was ik uitgerekend. Dat leek me niet heel handig, maar school wilde het niet uitstellen omdat zij van mening waren dat de zwangerschap bij mijn proces hoorde. Dus ik heb hoogzwanger gedanst en negen dagen daarna kwam ze ter wereld. Het waren drie bijzondere jaren op de opleiding en uiteindelijk ben ik zelfs cum laude afgestudeerd. Wie had dat gedacht!
Ondertussen was ik natuurlijk ook peuterdans en kleuterdans aan het geven, hartstikke leuk! Maar als je alle liedjes al wel hebt gedaan, dan is dat het. Ik begon met het werken in thema’s en met wat concrete materialen erbij. Er liepen ook al wat danseducatieve projecten op scholen, maar ik had echt honger naar inspiratie en verdieping. En toen kwam ik bij de Taal- en Rekendansopleiding terecht.
3 Hoe zijn de eerste lessen verlopen?
In het begin schreef ik alles uit in het lesvoorbereidingsformulier van de opleiding, precies hoe ik het geleerd had. Heerlijk om een document te hebben om de les in vorm te geven en op terug te vallen. Inmiddels heb ik al zo veel ervaring dat ik de lessen zonder formulier geef. Het loopt gewoon, het gaat gewoon. En leerkrachten en pedagogisch medewerkers vonden het zo ontzettend leuk om te zien dat je woordenschatlessen ook met dans aan kan bieden. Of rekenen.
Het leukst vind ik om dansend bezig te zijn met sociaal emotioneel, taal en rekenen en dan tegelijk leerkrachten en pedagogisch medewerkers te kunnen inspireren in hun werk. Ze zijn vaak verbaasd dat het ook zo kan en dan nemen ze wat dingen over uit mijn les voor in de klas of buiten. Dan kunnen de kinderen het lekker nog een keer doen!
4 Wat is jouw mooiste of leukste ervaring in de les?
Er gebeuren zo veel mooie dingen in de lessen en ik geef ook al bijna acht jaar Taal- en Rekendans. Dus ik heb twee momenten die ik graag wil delen. Ik kwam op een school waar ik Taaldans lessen ging geven aan groep 3. In de klas was er een jongen die al extra gekleuterd had en waarschijnlijk in groep 3 weer zou doubleren. Dus alles wat hij mee zou pikken was mooi meegenomen. Dat vond ik best lastig, maar voor mij zeker een uitdaging om met hem in de klas aan de slag te gaan. Ik gaf de hele groep les, dus iedereen kreeg hetzelfde aanbod. En vlak voor de kerstvakantie kreeg ik een bericht van de leerkracht over dit kind. De toetsen waren geweest en hij beheerst alle letters en klanken. Zij was daar enorm door verrast, want dat lag niet in de lijn der verwachting. De leerkracht gaf aan dat ze de signalering met die jongen dansend had afgenomen en toen zag zij dat hij de letters en de klanken beheerste. Wauw, wat een fantastisch resultaat! Daar doe ik het echt voor, prachtig.
Jij bent de juf van het filmpje!
Op een andere school startte ik iets later in het schooljaar, toevallig ook in groep 3. Ik had ze wat filmpjes toegestuurd voor de eerste letters en klanken, zodat ze niet achter zouden lopen. Op de eerste dag dat ik daar les kwam geven zag ik aan het eind van de lange gang al een meisje de klas uit komen die onderweg was naar het toilet. Ze kijkt me aan en ze herkende me als ‘de juf van de dansfilmpjes’. En ze danste zo fragmenten uit die filmpjes na. En dat was weer een moment waarop ik voelde dat dat anders aanbieden van letters, klanken en woorden echt werkt. Het kan echt zo veel leuker! Dat geven de kinderen wel terug.
5 Welk thema is jouw favoriet?
Oh, dat is echt een onmogelijke vraag! ik kan echt niet kiezen als ik naar al mijn themakisten kijk. Maar nu ik echt moet kiezen kies ik voor de lessen die ik geef met het boek Rupsje Nooitgenoeg van Eric Carle. Het boek is al zo prachtig met alle illustraties en het verhaal op zich. En er zit ook zo veel taal, rekenen en sociaal emotioneel in. Woordenschat, eten, drinken, dieren, transformatie, de dagen van de week, tellen, kleuren.
Het boek begint met een versje van vroeger:
De maan is rond, de maan is rond.
Twee ogen, een neus en een mond.
De kinderen tekenen dat op elkaars rug en mogen dan ook aangeven of ze dat fijn vinden of dat het zachter moet of wel wat harder mag. Zo ontstaan er hele mooie gesprekken over elkaars lichaam, grenzen aangeven en respectvol met elkaar omgaan.
Het fruit wat in het boek voorkomt heb ik er als 3D materiaal bij gekocht. Daar gaan we in de speelzaal mee aan de slag met dans. Daar verwerk ik allerlei rekendoelen in. Aan het eind sorteren we alles op kleur en gaan we vergelijken waar er het meeste en het minste van zijn.
De mooiste dansopdracht
We dansen ook Het dagenlied van Monique Smit en daarna gaan we door naar de mooiste opdracht: de transformatie van rups naar vlinder. En die dansen we helemaal uit zodat ze het verhaal helemaal beleven. Ze krijgen voor de coconfase een bruin hoeslakentje waar ze lekker in kunnen liggen. Als ze daaruit zijn gekomen zijn ze een vlinder geworden en dat hoor je ook in de muziek. Dat is zo’n mooi moment dat de kinderen dan in de muziek horen dat ze getransformeerd zijn tot een vlinder. Het is echt een prachtige les en ik doe hem heel graag. Maar er zijn echt zo veel prentenboeken en thema’s waar ik graag mee dans. Het is echt heel rijk om op deze manier les te kunnen geven.
Klik op de afbeelding voor de volgende Taaldans & Rekendans opleiding
Dank je wel voor je inspirerende verhaal Claudia. Hoe zou je dit interview willen afsluiten?
Naast het dansgedeelte ben ik ook Rots en Water trainer en ben ik danstherapeut. Dus ik kan kinderen ook goed zien en sturen op hun gedrag en hierover waardevolle gesprekken aan gaan met leerkrachten en pedagogisch medewerkers. Dat geeft het voor mij nog meer verdieping omdat leerkrachten mij ook weleens vragen of ik iets kan met executieve functies. Heerlijk die afwisseling. Ik geef ook bij het CJG Rots en Watertraining met ouders en kinderen. En ik ben ook bezig met een aantal midden- bovenbouw groepen.
Waar kunnen scholen, voorscholen en kinderopvangcentra jou vinden?
Ik geef les in Etten-Leur en omstreken in Brabant.
www.motionlab.eu
